Wat kunt u alvast voor uw eigen uitvaart regelen?

Door uw laatste wensen tijdens uw leven op te schrijven, zorgt u in de eerste plaats goed voor u zelf en tegelijkertijd zorgt u ook goed voor uw nabestaanden. Het gaat om een taakverdeling waarbij ieder beslist over datgene wat voor hem of haar van belang is. U mag zelf bepalen wat er met uw lichaam gebeurt. Bij de uitvaart nemen uw nabestaanden afscheid van u. De vorm en de inhoud kunt u dus beter aan hen overlaten. Men kan namelijk niet voorschrijven hoe nabestaanden afscheid van een overledene moeten nemen. Vandaar een lijstje van onderwerpen waarvan men die keuze zelf kan maken en andere punten die men beter aan de nabestaanden over kan laten. Het is aan te raden om uw keuzes met uw partner en / of kinderen te bespreken en deze pas daarna vast te leggen in een Laatste wil.

Hoe duidelijker u bent in uw laatste wensen, des te gemakkelijker is dat voor de nabestaanden. Zij hoeven dan niet te gissen naar uw wensen. Daardoor is er tevens meer ruimte voor het rouwproces.

Wat kunt u zelf bepalen?

  1. Het eventueel doneren van organen >
  2. Wel of niet opbaren ('de zogenaamd kijkdag') >
  3. Keuze tussen kist of lijkwade >
  4. Begraven, cremeren of aan de wetenschap doneren >
  5. Waar u begraven of gecremeerd wilt worden >
  6. Wat er met de as gebeurt na de crematie >
  7. Financiën >

1. Donor

Wilt u direct een zieke helpen, dan kunt u besluiten donor te worden. Daarbij heeft u ook keuze tussen geregistreerd donor (door de brief van het Donorregister in te vullen en terug te sturen). Of u stopt in uw portemonnee een briefje waarop staat dat u bepaalde organen doneert. Als u zich als donor heeft laten registreren, kunt u niet zelf aangeven wat ze van u mogen gebruiken. Dat kan wel als u zelf een handgeschreven briefje meedraagt.

Al of niet donor zijn, is eigenlijk een heikel punt. Hoewel u de beslissing voor uzelf moet nemen, is vooroverleg met uw nabestaanden van groot belang. Donor zijn heeft namelijk nogal wat consequenties voor de nabestaanden. Het is dus van belang dat zij achter uw keuze staan en deze na uw dood respecteren.

Men kan alleen organen doneren van mensen die plotseling (bijvoorbeeld bij een verkeersongeluk) of in een ziekenhuis overlijden. Uw nabestaanden worden dan met de vraag geconfronteerd of ze uw lichaam als donor mogen gebruiken. Na een geconstateerde hersendood, wordt uw ademhaling en hartslag met machines in gang gehouden tot aan de donoroperatie. Het kan dus voorkomen dat een arts de persoon dood verklaart, maar om de patiënt als donor te kunnen gebruiken moet deze kunstmatig in leven worden gehouden. De nabestaanden zien de borstkas nog op en neer gaan en ze kunnen op een monitor zien dat het hart nog klopt. Het is voor de nabestaanden dan heel moeilijk te beseffen dat iemand hersendood is en niet meer levensvatbaar is. Dat kan bij de nabestaanden een traumatisch ervaring opleveren. Bespreek dus altijd uw donorwens door met uw familie.

Na de donoroperatie wordt het lijk nog dezelfde dag of anders de volgende dag zo goed mogelijk in de oorspronkelijke staat teruggegeven aan de nabestaanden, waarna de uitvaart kan plaatsvinden.

2. Al of niet opbaren

Opbaren houdt in dat nabestaanden persoonlijk afscheid van een overledene kunnen nemen en deze nog kunnen zien. Dat kan thuis of in een uitvaartcentrum. Bij thuisopbaren ligt de overledene op een koelplaat; op bed of in een kist of op een plank. In een uitvaartcentrum ligt er een koeling onder de kist of worden de overledenen met kist en al in een koelruimte gelegd. Het is aan iedereen zelf of men wil toestaan dat de nabestaanden na het overlijden nog uw lichaam mogen zien. Als u dat niet wilt, overleg dat dan met de nabestaanden. Bedenk daarbij dat als nabestaanden geen afscheid mogen nemen van een overledene, dat tot problemen kan leiden bij de rouwverwerking.

Wel of niet opbaren?
Het is ieders recht om aan de familie te vragen of u al of niet na uw dood opgebaard wordt. Echter als u wenst dat niemand u na uw overlijden nog mag zien, zou het goed zijn als uw familie daarvan nu al op de hoogte is. Dat voorkomt na uw overlijden discussie en een moeizaam rouwproces bij de nabestaanden.

Er is een Wet op de lijkbezorging >. Daarin staat wat er wel en niet met een lijk mag gebeuren.

3. Kist of lijkwade?

Sinds 1991 is er een nieuwe wet op de lijkbezorging. Deze wet staat toe om een overledene in een doek te wikkelen in plaats van in een kist te leggen. Als u niet in een kist begraven of gecremeerd wilt worden, hoeft dat dus niet meer. Overleg uw keuze voor een lijkwade wel met uw familie. Helaas hebben wij het meegemaakt dat iemand voor zichzelf door een kunstenaar een lijkwade had laten maken, maar dat de familie dat pas na zijn overlijden in zijn laatste wil las. Zij hadden veel moeite met die keuze en uiteindelijk heeft de familie op eigen kosten alsnog de overledene in een kist gelegd. De familie vroeg de kunstenaar de lijkwade, die speciaal in opdracht van de overledene was gemaakt, terug te kopen. Dat heeft zij uiteindelijk gedaan.

4. Hoe maakt u een keuze tussen begraven / cremeren / wetenschap?

Uw keuze is afhankelijk van uw eventuele geloofsovertuiging, uw culturele achtergrond en wat er gebruikelijk is in uw familie. Het belangrijkst is echter misschien wel waar u zich zelf het prettigst bij voelt. Daarom even in het kort de drie mogelijkheden.

Begraven
Men komt al of niet in een kist onder de grond te liggen. Het ontbinden van een lijk gaat van start zodra het hart stopt met rondpompen van bloed met zuurstof. Het duurt een paar uur voordat het lichaam op kamertemperatuur is gekomen en daarna adviseren wij om een lichaam tot aan de uitvaart te koelen. Het is een fabeltje dat in de grond een lijk wordt opgegeten door wormen. Bij een graf in de grond ligt er minimaal 50 cm. grond op een kist en op die diepte komen geen wormen voor, wegens gebrek aan zuurstof. Wilt u niet in de grond leggen, maar wel begraven worden, dan kunt u een keldergraf laten maken. Dat was vroeger een gemetselde bak en tegenwoordig is dat een betonnen bak in de grond. Daar kunnen overledenen in geplaatst worden. In die bakken liggen de lijken dus niet in de grond, maar in een ruimte waar alleen lucht bij kan. Hoe meer verse lucht er bij kan, hoe sneller de ontbinding gaat. Keldergraven zijn te herkennen aan een opbouw boven de grond. Hoe rijker iemand was, hoe groter en vooral hoger het praalgraf. Op begraafplaats Zorgvlied zijn enkele bijzonder mooie exemplaren. Omdat keldergraven duur zijn, was dit vroeger alleen voor de rijken voorbehouden. Nu is het voor iedereen mogelijk, omdat op begraafplaats De Nieuwe Ooster sinds kort keldergraven voor iedereen betaalbaar zijn. Deze keldergraven zijn de goedkoopste vorm van begraven op de Nieuwe Ooster. Dat komt omdat het Algemene graven zijn. Wat dat zijn, staat verderop op deze website. Algemene graven >

begraafplaats
Men kan de keuze voor een begraafplaats of crematorium zelf bepalen. Alleen kerkhoven (begraafplaatsen die eigendom zijn van een kerkgenootschap) kunnen regels hebben dat alleen kerkleden daar begraven mogen worden. Helaas komt het voor dat iemand voor cremeren kiest, omdat men bang is dat de nabestaanden het graf verwaarlozen. Dat is een negatieve keuze. U kunt uw nabestaanden niet voorschrijven dat men elke week uw graf bezoekt en onderhoudt. Men kan namelijk niet voorschrijven hoe anderen moeten rouwen. Als voor u een goed onderhouden graf belangrijk is en u heeft geen nabestaanden of uw nabestaanden kunnen het graf niet verzorgen, dan kunt u een contract afsluiten met een bedrijf dat uw graf gaat onderhouden.

Algemeen graf of familiegraf
Een familiegraf is wat we allemaal kennen; de familie bepaalt wie er in hun graf komt te liggen. Men kan een nieuw familiegraf zelf uitzoeken. Voor een eventueel grafmonument heeft men het hele graf beschikbaar, zolang het binnen de breedte- en lengtematen van het graf komt te staan en de maximale hoogte is meestal één meter. Een familiegraf huurt men minimaal voor 20 jaar. Daarna kan men besluiten het voor 10 of meer jaar bij te huren. Als u een graf huurt, betaalt u huur en daarnaast ook onderhoudskosten.
Op alle begraafplaatsen in Amsterdam en ook in andere grote steden bestaan er naast de familiegraven ook nog algemene graven. In een algemeen graf liggen twee of meerdere personen boven elkaar die elkaar niet kennen. Wie in een algemeen graf komt te liggen, bepaalt de begraafplaats. Algemene graven liggen bij elkaar op een apart grafveld. De begraafplaats bepaalt in welk algemeen graf een overledene komt te liggen. De huurtermijn van een algemeen graf is altijd 10 jaar. De huurtermijn kan men niet verlengen. Door dit verschil is een algemeen graf veel goedkoper dan een familiegraf. Kijk voor de prijzen van algemene graven en eigen graven op de websites van de begraafplaatsen. Een eigen graf is duurder, maar als men een overledene na die 10 jaar van een algemeen graf wilt laten herbegraven naar een familiegraf, is men veel duurder uit. Dan komen bij de kosten van een eigen graf ook nog eens de kosten van het opgraven en het herbegraven.

Grafmonument
Voor een gedenkplaat op een algemeen graf moet men de beschikbare ruimte op het graf delen met meerdere families. Vandaar dat het oppervlak meestal beperkt is tot 50 bij 50 cm. Het plaatsen van een grafmonument is niet verplicht. Bij een eigen graf kan men zelf bepalen of men een grafmonument plaatst, hoe groot (binnen bepaalde maten) en welk materiaal (bijvoorbeeld steen, keramiek, hout, metaal of glas).

Cremeren
Bij cremeren komen er geen vlammen aan te pas. Vandaar dat het mogelijk is dat nabestaanden een overledene zelf in de oven plaatsen. Een crematieoven is een grote stenen bak van ongeveer één meter breed bij één meter hoog en drie meter lang. De oven wordt elektrisch verwarmd tot 800 graden en bij die hoge temperatuur verbrandt de houten kist vanzelf. Om het verbrandingsproces te versnellen, wordt er zuurstof in de oven geblazen. Na ongeveer een uur of anderhalf (afhankelijk van het gewicht van de overledene) wordt de oven automatisch afgekoeld en blijven er alleen wat botten en as op de bodem van de oven achter. Van de kist blijven alleen de schroeven over. Alle resten worden opgeveegd en met een magneet wordt er eventueel ijzer (zoals de schroeven van de kist of een kunstheup) uit de as gehaald. Ook gouden tanden en kiezen verbranden niet. Die worden uit de as gezeefd en verkocht en de opbrengsten daarvan gaan naar een goed doel. Daarna gaan alleen de asresten in een trommel, waarbij de grotere botten worden verpulverd tot korrels. Wat overblijft van een volwassene is ongeveer drie kilo grijze as, voornamelijk kalk dat niet verbrandt. Wat men met de as kan doen, staat in asbestemmingen. (punt 7)

Kies voor cremeren als dat voor u goed aanvoelt. Ga een keer naar een open dag van een crematorium en laat u dan helemaal voorlichten over hoe alles in zijn werk gaat.

Wetenschap
Als u een gebaar wilt maken naar de mensheid, of u wilt uw nabestaanden de kosten van uw uitvaart besparen, kunt u uw lichaam na uw overlijden aan de wetenschap nalaten. Dat kan alleen als u zelf een schriftelijk contract opmaakt met een academisch ziekenhuis. Alleen zij mogen een lijk accepteren. Zorg er dan wel voor dat u uw laatste wens met uw nabestaanden bespreekt en dat zij er allemaal mee akkoord gaan. Het zou erg vervelend zijn als er een persoon is die na uw overlijden alsnog probeert onder uw laatste wens uit te komen. Als u voor de wetenschap kiest, kan er toch een afscheidsbijeenkomst georganiseerd worden. Er is dan echter geen stoffelijk overschot aanwezig.

5. Waar u begraven of gecremeerd wilt worden

Iedereen mag zelf bepalen waar hij of zij begraven of gecremeerd wordt. Alleen particuliere begraafplaatsen, zoals kerkhoven en kleine dorpsbegraafplaatsen, kunnen regels hebben wie er begraven mag worden. Als u een bepaalde voorkeur heeft waar u begraven of gecremeerd wilt worden, dan kunt u dat opschrijven in uw laatste wil. Het is aan te raden deze wens door te spreken met uw nabestaanden.


6. Wat er met de as gebeurt na de crematie

Sinds de Wet op de lijkbezorging in 1991 veranderd is, kunnen nabestaanden zelf de as mee naar huis nemen. Een maand na het cremeren mag men de as bij het crematorium ophalen. Dat kan in dichtgelaste bus of in een open koker. U kunt de as thuis bewaren of ergens uitstrooien. Bij uitstrooien moet u toestemming hebben van de eigenaar van de grond of het water (als u het in een rivier of meer wilt uitsrooien). Nooit op het formulier van de uitvaartondernemer aangeven dat u de as wilt laten verstrooien. Elk crematorium bewaart de as een half jaar gratis. Neem rustig de tijd om met elkaar te bespreken wat u met de as gaat doen.

7. Financiën

De kosten van een uitvaart heeft u voor een deel zelf in de hand. U kunt zelf een overzicht maken van uw wensen en navragen wat dat gaat kosten. Ook begraafplaatsen en crematoria geven graag informatie over hun tarieven. Een uitvaart bestaat uit ondermeer de volgende onderdelen: de verzorging van de overledene, een kist of lijkwade, de plaats van opbaren, het vervoer van de overledene, eventueel een kaart, rouwbezoek, de uitvaartdienst, de begrafenis of crematie, en de bestemming van de as en een eventueel grafmonument.

Als u onvoldoende spaargeld heeft en onvoldoende inkomsten, is het raadzaam een uitvaartverzekering > te nemen.



Thea

Thea

Op 23 juli 2000 stierf mijn moeder. Ze werd 80 jaar. Zij was een nuchtere vrouw en regelde graag alles zelf, zo ook haar eigen begrafenis. Ze had alles wat ze niet wilde opgeschreven! En dat was heel veel: Geen kijkdag, geen kaarten, geen muziek, geen tierelantijntjes, geen wagens, geen bloemen, geen koffietafel. Ik wil de lucht in, geen begrafenis. ”Zo wil ik het hebben”, zei ze. Ze gaf me het lijstje.

Het was een hele opgave. Ik wist er eigenlijk geen weg mee, tot ik bij toeval langs uitvaartwinkel de Passage van Vital van Looveren in Amsterdam kwam. Ik ging naar binnen en er viel een last van me af. Het was meteen vertrouwd. Na de kennismaking vertelde hij over de vele mogelijkheden die er zijn. We maakten een afspraak bij mij thuis. Daar overlegden wij hoe we van de sobere rouwplechtigheid toch een mooie uitvaart konden maken.

Mijn vader was er immers ook nog, en twee zussen en een broer, kleinkinderen en aangetrouwden. Meer mochten er ook niet komen van mijn moeder. Ze had gelukkig nog een paar mooie regels geschreven. ”Ja eens komt de tijd. Ik heb een goed en gezellig leven gehad en erg genoten van mijn kinderen en kleinkinderen. Treur niet om mij, neem maar een glas wijn.”

Deze handgeschreven regels heeft Vital gekopieerd op een mooi vel papier met droogbloemen er in verwerkt, zodat we een bijzondere blijvende herinnering hebben aan onze moeder. Het was een mooie uitvaart.

Mijn vader wilde precies hetzelfde. Hij is 6 jaar later gestorven op zijn verjaardag.

Vital bedankt.

Thea, Amsterdam 2006

Terug naar wat kunt u alvast regelen